Het loonbedrijf Van Hulle uit Tielt was destijds toch eentje dat tot de verbeelding sprak. Het was grootvader Adiel Van Hulle die de grondbeginselen legde van het bedrijf. Met maar liefst tien kinderen, netjes verdeeld over vijf zonen en vijf dochters waren er dus werkkrachten genoegt. Er werd dan ook gestart met een melkophaal ronde en de aanschaffing van een dorskast. De eerste dorskast die toen hier zijn intrede deed is een Claeys V3-195 in het jaar 1936.
Zoon Georges had wat genoeg van het boeren en besloot op eigen benen te gaan staan en vertrok met diens vrouw Clara Blondeel naar de andere kant van Tielt om daar volledig opnieuw te beginnen. Ondertussen zette zijn broers de zaak van hun vader verder. Georges kocht een Excelsior dorskast aan, waarvan er al snel maar liefst drie van aanwezig waren op het bedrijf. Ieder jaar ging er telkens eentje voor zo’n drie maanden richting Wallonië waar de machines er achter bleven en de arbeiders ieder weekend met de trein naar huis kwamen.
Tot in 1964 bleven de Excelsior dorskasten actief op het bedrijf, dit was tevens het jaar dat de volgende generatie aantrad met de toen 16-jarige Paul Van Hulle. Paul die in 1967 afzwaaide bij het leger zette alle zeilen bij en breide samen met zijn vader het bedrijf fors uit.
De eerste Fiat bulldozer kwam op het bedrijf in 1967. Een Fiat bulldozer die werd geleverd door Vandaele uit Oostrozebeke. Eveneens in die periode werd een eerste rupsbandenkraan aangekocht een Hydromac H6. Deze Hydromac kranen werden aangekocht bij Luyckx uit Brecht en diende toen in de beginne vooral om grachten uit te kuisen.
Eén van hun eerste zwaardere rupsbandenkranen, de Hydromac H95. Een indrukwekkende machine voor zijn tijd!
In 1968 werd hier de eerste hakselmaïs afgereden met een New Holland chopper. Hiermee werd zo’n veertien hectare maïs gehakseld in een tijdsperiode van evenveel dagen. In 1970 volgde een Eberhart aanbouw hakselaar.
Toen het jaar 1972 aanbrak, kwam ook hun eerste zelfrijder in de maïs een Laverda TA 150 met een 2-rijïge bek.
Prachtige afvoercombinaties wist men hier te vormen begin jaren 70! Zoals deze Fiat 850 met een 5 ton OVA silagewagen.
Hoewel de eerste maaidorser een Claas was en de eerste zelfrijdende hakselaar een Laverda, werd al snel beslist om over te gaan tot de aankoop van Clayson / New Holland machines. Zo werd hij één van de grootste klanten bij New Holland en stond zo ook aan de top van de Belgische loonondernemers. In 1956 kocht men hun eerste zelfrijdende maaidorser bij Claeys. In 1965 kocht hij maar liefst drie Clayson M 103’s in één keer aan, samen met nog eens drie Sperry-New Holland 278 persen.
Midden jaren 70 had men hier maar liefst veertien maaidorsers en vier hakselaars in hun loodsen staan. In de streek sprak men hier toen over ‘de gele Armada’ van Van Hulle.
Het was bij Sperry-New Holland – NV Clayson te Zedelgem een waar genoegen om de familie te mogen ontvangen. Als één van hun beste klanten uit Vlaanderen. We zien dan ook Georges en Paul Van Hulle gewillig op de foto gaan samen met hun vrouwen Clara Blondeel ( uiterst links ) en Jacqueline Vergote ( in de midden ) en ook de vierde generatie was er present met de toen 4-jarige Kristof Van Hulle. Verder zien we nog Clayson verkoper Roland Lavaert en wisselstukken agent Gabriel Vallaey uit Lichtervelde mee op de foto gaan.
Het is normaal dat de familie graag geziene gasten waren met in 1978 maar liefst 43 machines van Sperry-New Holland en Clayson op het erf. Gaande van maaidorsers, persen tot hakselaars.
Paul en Georges Van Hulle voor een artikel samen op de foto in 1978.
In 1976 had men al maar liefst vier hakselaars twee machines van New Holland maar ook twee Franse Promill hakselaars. In 1975 werd de eerste aangekocht, het was ongezien in Vlaanderen, een machine met een 6-cilinder GM motor van 265 pk en een 25 kubiek grote bunker vervaardigd uit aluminium. Een vrij krachtige motor dus maar dit was ook nodig, want het hydraulisch systeem vroeg al reeds 170 pk. Men was uiterst tevreden over deze machines en in 1976 deed zich de kans voor om nog een tweede machine over te nemen. Men upgrade zelf deze machines nog door er een 8-cilinder 350 pk sterke motor in te plaatsen, zodat de 4-rij bek kon vervangen worden door een Claas 6-rij bek.
De imposante Promill Apollon hakselaar was hier voorzien van een voorzetstuk voor deegrijpe gewassen.
Ook het rooien van schorseneren behoorde tot de aangeboden diensten. Bijvoorbeeld met deze Fiat 850 DT en een Verstraete rooier.
Het machinepark werd steeds verder gemoderniseerd, dus ook de maaidorser met de komst van een Clayson 1550.
Men was er ook vroeg bij om maïs te dorsen, hier zien we de Clayson met een 4-rijïg voorzetstuk om maïs te kunnen dorsen in 1978. Men had toen al reeds vier van dergelijke dorsers klaar voor de maïs te dorsen.
Zoals op voorgaande foto’s zien we Georges ( uiterst rechts ) en Paul ( derde van links ) Van Hulle trots poseren bij hun machinepark samen met werknemers Antoon De Coninck ( eerste van links ) en Frans Gryp ( tweede van links ).
Naast de Promill hakselaars, fungeerden dus ook nog twee New Holland hakselaars. Zoals deze New Holland 1895. De eerste New Holland hakselaar kwam er in 1973 , in de vorm van een New Holland 1880 met een 3-rijïge bek.
De Promill Apollon was de ideale één mans machine, vooral door het feit dat er vroeger al vaker werd verkozen om de kuil op het veld te maken.
Een Fiat Someca met een Nodet maïs zaaimachine, zorgde er mee voor dat er in het najaar wat te hakselen viel. Er werd in 1977 maar liefst zo’n duizend hectare maïs gezaaid en geoogst.
Het gras oprapen gebeurde midden jaren 80 met onder andere deze combinatie bestaande uit een Fiat 1000 DT en een Claas Autonom 542 opraapwagen.
De maaidorsers evolueerden vlug, midden jaren 80 zagen we dan ook al reeds enkele maaidorsers van de New Holland 8000 series.
Een toch wel bijzondere maaidorser begin jaren 90, de axiaalmaaidorser New Holland TF 44.
In 1989 zien we hun Hitachi UH083LC aan het werk, samen met de mensen van Hydrojet Hellebuyck uit Tielt.
Ook op vlak van bulldozers blijft men de Fiat groep trouw. Hier zien we in 1989 een 17-ton zware Fiatallis FD14E Turbo. Een product dat oorspronkelijk tot stand kwam door de samenwerking van Allis-Chalmers en Fiat. Deze was al reeds volautomatisch gestuurd en uitgerust door Spectra-Physics en eveneens voorzien van een automatische hoogteregeling en vlakstelling. Een vrij unieke en ultramoderne machine voor toen in die tijd.
Midden jaren 80 was men al reeds gestart met het onderhouden en aanleggen van voetbalvelden, daarnaast deed men al reeds wat grondwerken maar in 1990 kwam de grote stap met de aanvullende wegeniswerken. Dit zijn uiteindelijk de hoofdactiviteiten van het bedrijf geworden.
De twee stoere Iveco / Deutz-Magirus trucks flankeren de Volvo F12 Intercooler in 1990. Deze twee hebben nog maar pas onlangs het bedrijf verlaten.
Het machinepark voor de grond -en wegeniswerken begin jaren 90.
Deze foto dateert uit 1990 met zicht op de Ieperstraat te Tielt, je zal je er nu wel niet meer herkennen want hier zijn ondertussen appartementen opgetrokken.
Ook het plaatsen van verstevigingen voor de oevers te versterken behoorde tot het takenpakket.
In 1990 werd de Krommewalstraat in Tielt goed onder handen genomen en werden er nieuwe buizen geplaatst. Anno 2017 word de straat wederom onder handen genomen ditmaal om die nieuwe buizen van toen, te vervangen door een gescheiden riolering.
Bij betonwerken Dobbelaere uit Tielt werd in 1990 een immense waterput voorzien, men was hier toen vrij vooruitziend. Want men ging er hier toen al van uit dat water in de toekomst, geld zou gaan beginnen kosten.
Het onder handen nemen van voetbalvelden, het zijnde renoveren van voetbalvelden.
In 1987 werd het bedrijf van Paul’s schoonvader en broers overgenomen , het loonbedrijf Vergote uit Tielt waarmee het aardappelrooien bij het takenpakket erbij kwam maar ook enkele Steyr tractoren.
Men was ook niet vies om hun kranen in te zetten in het slijk van de Kraenepoel te Aalter. Zo werd deze ook eens goed onder handen genomen.
In 1992 zien we Paul, diens vrouw en de twee zonen, trots poseren bij hun impressionante John Deere 4055.
In 1993 werd het loonwerk stopgezet, ondertussen waren de hakselmachines die op de koer stonden wel drie van het merk Claas, type 695, deze had men samen in één keer aangekocht. Hiervoor had men wel nog een New Holland 1900 en een 2200 weten te verslijten.
Eveneens in 1993 telde het bedrijf maar liefst zo’n dertig Fiat trekkers!
Men wist in die tijdsperiode nog steeds prachtige afvoercombinaties samen te stellen. Wat dacht je bijvoorbeeld van deze Fiat 1300 DT met een DEWA silagewagen.
Nog zo’n prachtige afvoercombinatie, deze Fiat 1580 DT nam dan plaats voor een OVA silagewagen.
In alle grond -en wegenis werken is men thuis, door de jaren heen zien we dan ook hoofdzakelijk tal van Fiat-Hitachi kranen de revue passeren.
Vindingrijk is men hier ook. Vele kraanarmen verlichten het werk. Deze beek werd uitgebaggerd maar om alle slijk weg te krijgen, tot onder de brug toe werden ook de kleinere graafmachines ingezet en zo werd het slijk van kraan naar kraan doorgespeeld.
Tussen al Hitachi kranen door, verwelkomt men ook weleens een Caterpillar M 315 bandenkraan.
Ook voor het plaatsen van containers had men nog een knappe Iveco vrachtwagen ter beschikking.
Anno 2017 staat al reeds de vierde generatie aan het roer, de zonen Kristof en Jeroen. Zo is de toekomst verzekerd dat de naam Paul Van Hulle in Tielt en ver daarbuiten een klinkende naam blijft. Maar ook Paul is nog steeds op post en staat zijn zonen dan ook met raad en daad bij.
