Foto’s met dank aan familie Claeys
Eén van de grotere bedrijven in grond, afbraak en wegeniswerken in het Meetjesland, dat was toch wel de NV Claeys René uit Zomergem.
De eigenlijke start van dit heuse familie bedrijf, die moeten we zoeken ergens in 1923. Wanneer vader Oscar Claeys van start ging met zijn eigen zaak.
Hoofdzaak was toen het leveren van grond, zand en allerhande bouwmaterialen met paard en kar.
Na de tweede wereldoorlog werd een eerste vrachtwagen en een kabelkraan aangekocht.
Met de vrachtwagen nam men elke vervoersklus aan, gaande van het ophalen van huisvuil tot het vervoeren van hout en meststoffen voor groothandelaars.
Twee zonen van Oscar, René en Aimé kwamen beiden in de zaak tot men het bedrijf opsplitste. Omstreeks 1970 richtte zoon Aimé zijn firma Aclagro op, die ook een grote speler werd in het Meetjesland en de Gentse regio.
René richtte met zijn echtgenote Anna Claeys een eenmanszaak op, richting een mooie toekomst.
René richtte zijn pijlen onder meer op de winning en leveringen van zand en teelaarde met een eigen zandwinning langsheen het kanaal Gent-Brugge. Daar in onder andere Merendree waren hun LIMA krachtpatsers aan het werk. 90-ton sterke kranen die heel wat bergen werk wisten te verzetten.
Naast deze twee mastodonten op ruspen had men ook enkele kabelkranen ter beschikking die op een kraanwagen stonden. Onder andere deze Brockway truck uit 1943 met daarop een Bavaria kabelkraan op gebouwd.
Dit heus gevaarte, een 60-ton sterke American kabelkraan is er eentje uit 1958.
De vrachtwagens die men hier op het hof zag verschijnen in de beginne waren vooral van het merk Scania. Later werd men nogal fan van Magirus-Deutz, maar ook de merkenMAN, Steyr, Iveco en Mercedes-Benz waren hier goed vertegenwoordigd.
De kleurstelling van nagenoeg alle vrachtwagens waren kenmerkend voor de firma.
Vrachtwagen en cabine waren rood van kleur, de kipbak of laadwagen was groen van kleur en zo kon je in Zomergem en omstreken al meteen merken wie er af kwam gereden.
Versgewassen vrachtwagen samen met een Liebherr graafkraan.
Het werk bleef toestromen en omstreeks 1983 werd René bijgestaan door zijn drie zoons, Ronny, Hans en Geert. Zo werd ook het bedrijfs opgesplitst in de NV René Claeys die voornaamelijk het sloop -en grondwerk voor zijn rekening nam. De NV Trans Claeys was dan weer de geknipte firma voor alle vervoerswerken.
Van een eenmanszaak groeide de firma dan snel uit tot een onderneming van maar liefst 46 medewerkers!
Naast de vrachtwagens met vaste kipbak was er ook een trekker aanwezig die de zwaardere klussen voor zijn rekening nam. Deze Scania 111 trok dan ook geregeld een dieplader om de zware kranen te verplaatsen. De trekker, gebouwd in 1977, zou naar verluidt voorheen dienst gedaan hebben in het zwaar en uitzonderlijk transport bij een andere firma.
Een Stevens dieplader uit 1976.
Niet enkel voor de zandwinning waren de kabelkranen aanwezig, maar men voerde hier ook heel wat grond -en sloopwerken mee uit. Zodoende werden ze wel vaak gebruikt om grote appartementsblokken af te breken. Voor het uitgraven van bouwputten stonden deze mastodonten ook ter hunne beschikking. Zo werden deze kranen ook gebruikt bij één van hun grootste werven, het uitgraven en heraanleggen van de vrijdagsmarkt te Gent.
Tussen 1979 en 1982 was Claeys dan ook te vinden op deze 1 hectare grote werf.
Ook voor afbraak van fabrieken en dergelijke kon beroep gedaan worden op René Claeys NV.
Zo werd een 60-meter hoge schoorsteen van de Blauwselfabriek in Gentbrugge ook door hen afgebroken. Hier werden geen rupskranen gebruikt maar wel de mobiele kabelkranen die men voor handen had.
Onder andere twee P&H kranen werden hier steevast voor ingezet.
Enkele sfeerbeelden van kabelkranen op hun werven.
Een Michigan 55A uit het jaar 1964 had op het bedrijf een heel lange staat van dienst.
Naast de vele kabelkranen waren er ook heel wat hydraulische graafmachines aanwezig.
Lange tijd was Liebherr hier dan een graag gezien merk en zo ook automatisch hofleverancier.
De Liebherr 911 bandenkraan en 921 rupskraan waren toch wel de meest voorkomende graafmachines in de jaren 70 en 80 bij de firma Claeys.
Verschillende types en uitvoeringen vonden hun weg naar Zomergem.
Liebherr 901B
Liebherr 911 C(N)
Liebherr 911 C(O)
Een Liebherr 921 B uit 1975 voor het zwaardere werk.
Twee Liebherr 921 C graafkranen, beiden uit de tweede helft van de jaren 70.
Tussendoor kwamen er ook nog heel wat andere machines opdraven voor de nodige grondwerken te kunnen uitvoeren. Om grond te kunnen effenen en versteken werd hier beroep gedaan op zogenaamde steekbulls. Dit voornamelijk op rupsbanden.
Een John Deere 450 was er al van in 1972 bij om de nodige grondklussen uit te voeren.
Voorts werd er voor een buldozer ook aangeklopt bij John Deere. Met een 106 pk sterke motor was de John Deere 544B de ideale partner voor alle laadwerk, zoals het opscheppen van steenpuin.
Naast de John Deere buldozer kon men ook beroep doen op een Caterpillar 951C die uitermate geschikt was om ook op nattere stukken grond te werken met de rupsen.
Men kon duidelijk de kwaliteitsmachines die Duitsland bouwde smaken, want naast de Liebherr graafkranen kwamen er ook buldozers uit Duitsland. Het bedrijf beschikte lang over twee Frisch buldozers. Een Duits kwaliteitsmerk dat uiteindelijk in de handen zou vallen van Faun en zo Faun-Frisch zou gaan noemen.
Een Frisch F900 uit 1972.
En de grotere broer van de F900, de Frisch 1300B uit 1976, werd opgesteld langsheen het kanaal Gent-Brugge in Merendree.
Om al de opgeschepte goederen te kunnen vervoeren werd hier ook een dumper gebruikt. Hiervoor deed men beroep op een Volvo dumper, die in 1972 het levenslicht zag.
Tussen alle grondwerken door bleef men ook actief met de kabelkranen. Dit met onder andere P&H kranen op een kraanwagen, maar ook met heuse Priestman kranen op rupsen.
Het werken met de kabelkranen was echter de specialiteit en het lange leven van René. Tot op zijn 75ste bleef hij actief op het bedrijf.
De twee P&H kranen die op het bedrijf een vaste waarde waren. P&H werd in de jaren 1880 in Amerika opgericht door Pawling & Harnischfeger. Kranen die voor Europa waren bestemd werden verscheept en in Duitsland samen opgebouwd.
Na enkele overnames komt het merk uiteindelijk in 1995 in handen van de Terex groep.
Twee Priestman kranen die het bedrijf had en waar duidelijk heel goed zorg werd voor gedragen. Dit was niet alleen de verdienste van de machinist, maar ook van de medewerkers die de machines onderhielden.
Die mannen van de werkplaats gingen noodgedwongen ook wel eens op depanage, zij verplaatsten zich met een Bedford bestelwagen, eentje uit de jaren 70.
Later kwamen daar nog Toyota en Mercedes-Benz bestelwagens bij.
De werklieden die in de grondwerken zaten moesten ook wel op hun werven geraken. Hiervoor deed men beroep op vooral Mercedes-Benz bestelwagens.
Deze deden later ook dienst als begeleidingsvoertuigen voor uitzonderlijke transporten.
Zoals al reeds gezegd was er ook nog een apart vervoersbedrijf opgericht.
De NV Trans Claeys richtte zich op alle transporten, zowel voor eigen rekeningen alsook voor derden. Daarnaast deed men ook verhuur van diepladers tot 50 ton laadvermogen en kipwagens van 15 tot 30 ton.
Het is dan natuurlijk niet verwonderlijk dat in de loop der jaren hier een heus wagenpark bijeen werd gesprokkeld.
Van bij het begin waren het de vrachtwagens met neuzen die in hun oog sprongen. Naast de camions van Scania werd er ook aangeklopt bij Magirus-Deutz.
Niet elke vrachtwagen werd nieuw aangekocht, zo gebeurde regelmatig dat men occasie materiaal kocht en deze netjes terug oplapte zodat ze nog bergen werk konden verzetten.
Naast het werk in de grondwerken werd in de winter ook overgeschakeld naar de winterdiensten.
Vooral de wegen van gemeente Zomergem hield de firma sneeuwvrij, maar ook enkele gewestwegen en de bijhorende fietspaden in de buurt werden verzorgd van een laagje zout bij vriesweer.
Onder andere deze Sania 76 met zoutstrooier stond al paraat om uit te rukken.
Naast deze Scania vrachtwagen werd ook gebruik gemaakt van een Magirus-Deutz die in 1971 gebouwd werd. Deze was niet in de traditionele kleurstelling van de firma.
Na deze Magirus-Deutz volgden nog een gans resum aan andere vrachtwagens van de gekende Duitse vrachtwagen fabrikant.
Deze Magirus-Deutz 232 uit 1976 mocht poseren naast de prachtige reclame schildering op het huis van de familie Claeys.
Later kwam er nog een Magirus-Deutz 232 D19 die tevens uitgerust was met een camionkraan.
De vrachtwagens van Magirus-Deutz bleven maar op het erf komen.
In de tweede helf van de jaren 70 rolde deze Magirus 256-D26 van de band en bij Claeys kreeg hij nog een kraan opgebouwd.
Een populair model die 256-D26 want een tweede kon niet uitblijven.
We schrijven 1979 en het is crisis bij Magirus-Deutz, gevolg is dat Iveco, een Italiaanse collega vrachtwagenbouwer, Magirus over koopt. De productie van de bestaande modellen blijven verder lopen, maar er prijkt plots Iveco op de motorkapper en grildes. Maar Claeys blijft geloven in deze vrachtwagens en er komen er nog enkele bij.
Naast de Iveco vrachtwagen ging men ook op zoek naar een kleinere vrachtwagen. Die zocht en vond men ook in de stal van Iveco. De iets kleinere telg van de vervoersvloot, een OM 55 vrachtwagen.
OM (Officine Meccaniche) was een Italiaanse vrachtwagen fabrikant dat omstreeks 1975 ook opgeslokt werd door Iveco.
Niet enkel de naam van de vrachtwagens verandert, maar er is ook een nieuw logo te zien van het bedrijf.
Iedereen in de buurt begint het logo met de olifant te herkennen.
Hiervoor had men destijds een aanbesteding uitgeschreven. De meeste ontwerpen die binnen kwamen waren met een graafkraan of vrachtwagen erop. Eén ontwerp viel echter de bedrijfsleiders op, dat met de olifant.
De ontwerper had een reis gemaakt in Afrika en zag ginds hoe de afgerichte olifanten gebruikt werden in de bouw. Het zijn dus enorm sterke dieren waarmee men heel fijn en precies kon werken, exact waar de firma Claeys voor stond.
Naast de Magirus en Iveco vrachtwagens kwamen er MAN vrachtwagens bij in de vloot.
De MAN 15-168 was destijds een opvallende vrachtwagen met zijn vuurrode neus.
Deze vrachtwagen zou nog heel lang in het bedrijf blijven en mocht in de winter ook op ronde voor zout te strooien.
Het bedrijf kende al heel wat ‘neus’ vrachtwagens van Magirus-Deutz. Later kwam daar nog deze kleinere vrachtwagen van het alom gekende merk bij. Deze vrachtwagen is tot op heden nog regelmatig terug in en rond Zomergem. De vrachtwagen is nog steeds in het bezit van de familie Claeys.
Niet alleen vrachtwagens werden bij de vleet aangekocht. Er werd ook nog geïnvesteerd in de tak ‘kabelkranen’. Met de komst van een Link-Belt kabelkraan, alweer een Amerikaanse machine, was in 1980 de toekomst weer verzekerd.
Het bedrijf groeide gestaag en zo werd op tijd en stond geïnvesteerd. Met al een ganse vloot Liebherr kranen op het erf en de werven staan hebben, werd terug gekozen voor een Liebherr 901.
De andere Liebherr kranen blijven plichtsbewust op post, dankzij de goede zorgen van de machaniekers.
Verandering van spijs doet eten moet men hebben gedacht en plots stond er in 1980 een Mercedes-Benz 2626 op het hof bij Claeys.
Naast de MB truck is er ook nog plaats in de garage voor een knappe Volvo N1033.
Enkele jaren later vervoegde een Iveco vrachtwagen zich tussen alle andere rood-groene voertuigen.
Een nieuwe Liebherr 912 A werd aangekocht. Het merk wordt ingevoerd door Matermaco, ook gekend van de import van Massey Ferguson tractoren.
De grotere rupsmodellen van Liebherr, de R 932 HD wist ook de weg te vinden naar Zomergem en omstreken.
Niet alleen graafkranen komen van de fabriek van Liebherr maar er werden ook een buldozer en steekbull aangekocht in de loop der jaren.
Nog een compacte Liebherr 900.
De tijd dat de grondwerker enkel rond de kerktoren aan de slag is ligt al ver achter ons. De werknemers die op de werven werken moeten ook naar ginder gevoerd worden. Zo doende rollen er bij Claeys heel wat lichte bestelwagens, ook om meerdere personen mee te vervoeren.
Een Mazda E2200 was een handige bestelwagen met open bak.
Wij grote wegeniswerken zijn niet enkel graafmachines en buldozers nodig. Om de diverse onderlagen aan te trillen kwam er een wals bij Claeys. Een heuze Hamm wals kreeg dan ook de rode toepasselijke bedrijfskleur.
Containersystemen doen ook hun intrede bij Claeys en zo wordt een Iveco ingezet om containers te gaan plaatsen op eigen werven.
De neuzen blijven steeds paraat maar nieuwe komen er echter niet meer bij. Dan maar bij Iveco te rade gaan om vrachtwagens zonder neus. Een eerste komt er rond 1988.
Mercedes-Benz levert ook nog een vrachtwagen. De Meredes-Benz 2636 krijgt er nog een Atlas camionkraan opgemeten.
Intussen naderen we de jaren 90 en komt er weer een nieuw merk het erf op gereden. Dit keer geen Duitse kwaliteit, maar vrachtwagens van Oostenrijkse oorsprong. Een eerste Steyr 32S31 6×6 kwam er eind jaren 80.
Niet alleen bij de vrachtwagens komen er nieuwe merken piepen. Bij de graafmachines verandert er ook het één en ander. Een Eder 815 is toch wel een vreemde eend tussen alle Liebherr kranen, maar verschilt uiterlijk niet zoveel van dat ander Duits merk.
De trend is gezet en Liebherr is niet meer alleen heer en meester van de zandstraat te Zomergem. Familie Claeys liet hun oog vallen op een Atlas 1804LC, die een mooie aangepaste kleur krijgt.
Iveco blijft ook trouw vrachtwagens leveren, deze keer stond er een Iveco 330-36 paraat.
Zo overtuigd van de Steyr vrachtwagen, kwam er gauw een tweede aangereden. Deze keer enkele modellen zwaarder, zodat er op de zijkant 32S39 6×6 te lezen is.
Het bedrijf bleef actief in de kabelkranen en moderniseert met de komst van een Nobas kabelkraan. Deze wordt dan ook volop ingezet in het lossen van schepen. De verschillende te lossen goederen gaan van zand en zout, tot het verhandelen van steenkool voor de Ghent Coal Company.
Bij het lossen van schepen, komt een schranklader goed van pas. Een Bobcat 641 was hier de geknipte machine voor.
Niet alleen voor de schrankladers gaat men naar Bobcat kijken, ook voor minigravers klopt men bij hoofdverdeler Vangaever aan.
Naast Bobcat was er ook het Franse Pel-Job die leverancier was van minigravers.
Elk jaar werd er wel een nieuwe aankoop afgesloten. Ondermeer deze Dresser TD-TH steekbul werd bij hoofdimporteur Bia op de dieplader gezet richting de Zandstraat te Zomergem.
Men blijft ook trouw voor Liebherr zweren, zo mocht Matermaco halverwege jaren 90 nog een Liebherr 902 leveren.
Voor het diepladerwerk krijgen ze ook versterking. Wederom werd hier gekozen voor Scania. Deze keer een echte krachtpatser, een Scania 143E-400 die een bijpassende Kaiser dieplader achter zijn gat kreeg.
In de loop van de jaren 90 werden de intussen al wat oudere kranen en buldozers vervangen. Het merk Caterpillar doet hier na enkele jaren terug zijn intrede. Met de Caterpillar D6M steekbul heeft men een aboslute topmachine in huis.
De kleine broer van de D6M is ook al op het bedrijf, een D6N.
Met de Caterpillar 317 en Caterpillar 325 heeft men alle kracht in huis om elke grondwerk klus te klaren.
Niet alleen krijgt de kraanvloot een update, maar de vrachtwagens kregen er ook enkele collega’s bij.
Eén van de krachtpatsers die zich mag meten is de MAN 35-372. Met zijn 372 pk krachtige motor kan hij werkelijk alle werken aan.
Later kreeg de MAN nog versterking van de laatste ‘neus’ camion die bij de familie Claeys kwam. Een MAN 26-301.
Een MAN 33-342 vervolgt het lijstje van de vrachtwagens.
Bobcat blijft ook trouw op post als leverancier van de familie Claeys. Deze keer viel men voor een Bobcat 453. Naast het merk bobcat staat er ook Ingersoll-Rand op. Deze machine dateert van net rond de verkoop van Bobcat aan de firma Ingersoll Rand.
De eeuwwisseling lonkt om de hoek en zo worden terug enkele aankopen gedaan. Waar men vroeger trouw zweerde aan de Liebherr graafmachines, maakte men nu plaats voor andere merken zoals al reeds gezien, Caterpillar, maar ook Kobelco maakt zijn intrede in het bedrijf.
De Kobelco SK 330LC werd nog afgeleverd in de gele kleur.
Kobelco verderler De Bruycker mocht niet enkel graafmachines leveren, maar kon ook een Kawasaki 80Z IV leveren. Een machine die maar weinig gezien is onze regio’s.
Men blijft ook het wagenpark vernieuwen. Een Iveco vrachtwagen wordt terug aangekocht.
Kobelco verandert al graag eens van kleur. Na de Kobelco in gele kleur, wordt de SK 250LC in het blauw geleverd.
Daarnaast kiest men ook voor een 5 ton’s minigraver van de Japanse kraanbouwer .
Voor de bandenkranen komen er verschillende merken om de hoek piepen.
Met de komst van een Daewoo Solar 130W, Atlas bandenkraan en Liebherr 904 heeft men heel wat variatie in huis.
Voor de kleinere werken werd terug beroep gedaan op de expertise van de Bobcat machines.
Voorts zien we nog enkele MAN vrachtwagens passeren
Een MAN 33-462
Een MAN FE 410 A met containersysteem.
Het bedrijf is steeds een hecht familiebedrijf geweest. Zoals reeds gezegd was René actief op de firma tot op zijn 75ste.
De vierde generatie van het bedrijf zou al bestaan uit neven en nichten, wat de werking zou bemoeilijken voor een bedrijf van deze omvang.
Daarom werd beslist om in 2011 het bedrijf over te laten aan de investeringsmaatschappij Nacico.
Helaas kwam abrupt een eind aan dit investeringsbedrijf toen men in 2013 de boeken moest neerleggen.
Vandaag zijn Ronny en Hans samen met een tien tal oud-werknemers, werkzaam bij Soil & Building uit Landegem, een bedrijf sterk gespecialiseerd in infrastructuur, afbraak en saneringswerk. Mede dankzij hun expertise is dit bedrijf sterk kunnen uitgroeien.